Gisteren las ik het, in de Volkskeuken: we zitten in een vleesverlatersweek. Zomaar, opeens, terwijl ik het niet wist. Zeker mijn persberichten niet goed gelezen, wat heel goed kan hoor, want mijn mailboxje wordt dagelijkse volgebraakt met tientallen mededelinkjes van naar aandacht hengelende afzenders. Hoe dan ook, mijn week is het dus niet, want ik houd van vlees en niet van verlaten. Maar een beetje minder kan best, een tikkeltje minder frequent, of van weinig iets briljant maken. Vraag ik dienhalve maar weer eens aandacht voor dat roemruchte bordenvullertje van Assepoesterkwaliteit, dat kruimige mondgeluk, dat rulle, zegenende verblijdertje van de Ware Culinaire Harten: de peulvrucht.
Kikkererwten, oogboontjes, zwarte, bruine, gespikkelde, rode en witte nierbonen, doperwtjes, tuinbonen, kapucijners, mollebonen, linzen. En de rest. Elk op zijn eigen manier briljant, elk op zijn eigen manier ruisend langs het verhemelte, dansend langs de tong, aria’s zingend in de strot. Moet er wel wat vettigs zijn. Ja sorry hoor, maar een droge peulvrucht is niks. Toen mij lang, lang geleden als antwoord op mijn vraag naar de ideale ‘contorno’ bij lamskoteletjes witte bonen werd gegeven (in Italië bestelde je vroeger je garnituur apart) heb ik lusteloos in het schaaltje zitten prikken tot men me erop attent maakte dat de aanwezige groen geurende olijfolie aangesproken diende te worden. De wolken scheurden, het hemelse koor begon te zingen, de gerechtigheid was daar. In andere dreven, Frankrijk, Spanje, is varkensvet, spek, zwoerd, lap, de yin die de yang van de boon of erwt in evenwicht brengt (of andersom, geen idee eigenlijk).
Betrekkelijk onbekend is dat je met peulvruchten ook fantastische saus kunt maken. Bij vlees, bij vis. En dit keer bij pasta: tagliatelle met linzensaus. Natuurlijk is het leuk en goedkoop en voldoening gevend om linzen zelf te koken, maar aangezien hier toch de staafmixer op gaat, maakt het voor de smaak niks uit als je een blik neemt.
Bak de knoflook met de salie en rozemarijn 2 minuten in wat olie. Voeg de linzen met vocht toe, breng aan de pruttel en warm goed door. Verwijder tenen en takken en pureer. Kook de pasta al dente in water met genoeg zout, bewaar een flinke kop kookwater en giet hem af. Meng met de saus en gebruik kookwater om het smeuïg te maken. Begiet op je bord kwistig met olijfolie. Peper draaien mag ook.
Tagliatelle met linzensaus
Voor 4 personen
2 tenen knoflook, geplet
1 tak salie
1 tak rozemarijn
1 blik (400 ml) linzen
veel van je allerbeste olijfolie
400 gram tagliatelle