Op de foto geen roerei, dat doe ik u niet aan.

Ze zijn ermee gestopt. Cees en René Slagt, mijn slagers, mijn rotsen in de carnivore branding, mijn helden van de smaak. Heel begrijpelijk en verstandig, want als je 69 en 65 jaar oud bent en een prachtig bod krijgt van de naastgelegen, uit zijn voegen barstende supermarkt, dan pak je dat. Maar voor mij is het een ramp. René maakte briljante worst, desgevraagd ook op mijn recept, Cees stond immer bij het hakblok en kletste bij het snijden van de stukken vlees over het vak. Kon ik nog wat leren ook, tijdens de aanschaf.

Een niet-vegetariënd mens heeft een slager nodig, al is het maar om je eraan te herinneren dat vlees van beesten komt, en niet iets wat een fabriek uithoest. Een stuk procureur van anderhalve kilo, de kop van de ossenhaas als één stuk, dat gebraden spek dat René eerst zachtjes gebroeid had op tachtig graden, het zijn zaken waar je bij een supermarkt nooit voor terecht kunt. En als je dan denkt, nou, dan ga je naar de slager verderop: die is er niet. De dichtstbijzijnde is in Wormerveer, een kwartier met de auto.

Dat wordt dus vlees elders inkopen, pakketten, bestellingen, en dan invriezen en ontdooien. Allemaal goed mogelijk, maar tandenknarsend vervelend. Het vereist namelijk planning en ik leef culinair gezien bij de dag. Ingesealde pakjes in de vriezer, netjes met etiketjes erop, en ho, een datum!, ik krijg al jeuk bij de gedachte. Ik wil de slagerij binnenlopen en zien dat de kalfslever net binnen is! Vragen of Cees een stuk lamsvlees tot gehakt draait!

Grom.

Ik ga jullie missen, mannen. Ben er al flink mee bezig, trouwens. Kom, ik ga iets maken. Een roerei. Ja, je moet iets! Een roerei met munt, smeuïg en troostend en als je erop huilt, zie je het niet.

 

Roerei met verse munt

Voor- of lunchgerechtje voor 2

 

2 sneden brood

dikke kluit roomboter, zeg 30 gram

4 eieren

handje verse muntblaadjes, fijngesneden

 

Smelt de boter in een kleine koekenpan of steelpan op laag vuur. Breek er de eieren op voordat de boter gaat bruisen. Strooi de munt erin. Voeg gul zout toe en misschien iets peper en roer. Het geheim van een goed roerei is laag vuur.

Rooster ondertussen het brood.

Zodra het ei op de bodem begint te stollen voer je het roeren op. Schraap en roer, schraap en roer, zet zonodig het vuur nog lager. Het gaat steeds sneller, dus zet op tijd het vuur uit, want het gaart nog iets door ook. Verdeel subiet over de boterhammen en eet.