Hoeveel recepten gaan er rond in het gemiddelde huisgezin? Elf misschien? Vijftien, achttien? Er zijn families waar elke weekdag zijn eigen, vaste recept heeft. Maandag speklapjes, dinsdag macaroni, woensdag gehakt, week in, week uit. Goed, dat doen wij niet. Maar zelfs bij de culinaire avonturiers en bungeejumpers zijn er favorieten die telkens terugkomen. Wanneer ik over de jaren heen terugkijk blijken daar echter toch langzame verschuivingen in te zitten. Mijn hits van de jaren 90 zijn niet die van nu. Met schallende uitzonderingen, zoals de pasta’s met tomaat en carbonara. O, en bolognese.

Het is best leuk om eens gezamenlijk te schouwen in het kokende verleden van je samenzijn. Lekker onder de lamp aan tafel, nee vanavond eens geen ganzenbord, kopje thee met een kaakje erbij en dan maar culiwoordstuiteren. Maakte jij niet altijd vis met een kaassaus? Ja, maar die kwam uit een pakje, dat doe ik nu niet meer. En chili dan, met ananas, dat hebben we in geen jaren meer gegeten!

Ons dobberen voerde naar de virtuele stranden van Bali, vanwaar babi ketjap tot ons gekomen zou zijn. Babi is varken, Bali de enige niet-moslimgemeenschap van Indonesië, vandaar. De volgende dag meteen gemaakt. En wat een feest weer! Het geheim zit erin dat er niet slechts babi en ketjap in gaat, maar stiekem een hoop gember en limoensap. En het is nog eens reuze simpel ook, omdat het vlees niet wordt aangebraden – althans niet in mijn herziene, verbeterde en vooral luie versie. Anders dan voorheen gebruikte ik nu een snelkookpan, waardoor het hele handeltje in drie kale kwartieren op tafel stond, voorbereiding incluis. Ik bedoel maar.

 

Luie babi ketjap

Hoofdgerecht voor 4 personen

 

500 gram varkensschouder (procureur) of schouderkarbonaadjes

3 tenen knoflook, gehakt

1 grote ui, in flinters

5 cm verse gember, gehakt

scheutje olie

8 eetlepels ketjap manis

1 rode peper, met zaad en al gehakt, of wat meer

sap van 1 limoen

 

Snijd het vlees in blokken, verwijder van de karbonaadjes het bot, of kijk je slager lief aan. Fruit de knoflook met de ui en de gember aan in olie tot de knoflook goudbruin kleurt. Voeg dan het vlees toe en schep om. Voeg de ketjap, de rode peper en zout toe, plus het limoensap en een half glaasje water. Sluit de pan en laat heel zachtjes sudderen tot het vlees zacht is, wat anderhalf à twee uur duurt. In de snelkookpan is 30 minuten genoeg. Erbij: donzige witte rijst natuurlijk.