Ooit, op jonge, kwetsbare leeftijd, at ik met vrienden kippenhartjes, op een kamer onder de Parijse zolderbalken. Zo arm als de kameraden in Puccini’s La Bohème waren we niet, maar het hield financieel allemaal niet over. We bakten ze met een gesnipperd sjalotje, zoveel weet ik nog, en ik vond ze verbazingwekkend heerlijk. Verbazingwekkend omdat ook toen al dergelijke onderdelen van dieren bij ons niet beschouwd werden als menseneten. Het was wat Nederlanders zo denigrerend ‘slachtafval’ noemen. Het behoorde en behoort nog altijd niet tot het culinaire repertoire, niemand denkt eraan, niemand overweegt zelfs maar om de hartjes zelf op te eten. Dacht ik. Tot mijn verrassing echter vond ik ze onlangs in de koelvitrine van ’s lands grootste supermarkt en dan niet bij het dierenvoer, maar gewoon bij de kip. Spotgoedkoop; de matige reputatie zorgt daarvoor. Terecht is dat dus zeker niet, wat mij betreft. Hart is een spier net als ander vlees, het heeft geen afwijkende smaak zoals nieren, lever en ingewanden die wel hebben. Runderhart is stug, dat begrijp je wanneer je beseft dat werkvlees taaier is dan luivlees en weet dat runderen toch meestal wel twee jaar geleefd hebben voordat ze naar de slacht gaan. De kippen waaruit de hartjes komen hebben echter kort geleefd, ergens tussen de 6 (plof) en 12 (biologisch) weken. Kippenhartjes zijn dan ook fijn, sappig vlees, geschikt om te bakken maar ook om te grillen.

 

Gegrilde kippenhartjes met koriandersalsa

Hoofdgerecht voor 2

 

300 g kippenhartjes

1 klein uitje

1 bosje koriander (of, goed, basilicum)

½ rode peper

1 teen knoflook

6 + 2 eetlepels olijfolie extra vergine

2 eetlepels wijnazijn

Nodig: houten spiesjes

 

Kippenhartjes zijn doorgaans keurig schoongemaakt. Doe ze met een beetje zout in een kom en hussel; laat een kwartier of langer staan.

Snijd het uitje en de koriander grof en doe met de peper, knoflook, 6 eetlepels olie, azijn en wat zout in het bakje van de staafmixer. Puls een paar keer tot salsa.

Verhit een grilplaat. Meng de kippenhartjes met 2 eetlepels olijfolie en rijg er telkens een stuk of 6 aan een spies. Ik prikte ze er dwars aan, dat zag er beter uit dan in de lengte. Gril het vlees rustig en keer af en toe. Leg er losjes een stuk aluminiumfolie over om de garing sneller en regelmatiger te laten verlopen. 8 minuten grillen is genoeg. Serveer met de salsa en, stel ik voor, gebakken aardappeltjes.