Bent u ook zo nieuwsgierig of straks, ooit, alles weer wordt zoals voorheen? Of we terugveren in de oude stand? Ik denk van wel. We duiken op de restaurants en de bioscopen en de concertzalen als verslaafden op de methadon. Voor het boek over kookhistorie Luilekkerland, dat ik in 2018 samen met dochter Charlotte schreef, bekeken we recepten uit de Eerste en Tweede Wereldoorlog. Daar zaten heel lekkere bij. Bij interviews verbaasden de vraagstellers zich erover dat die niet behouden waren gebleven. Nee, natuurlijk niet! Aan dat soort zaken kleefden foute herinneringen, foute associaties! Tulpenbollen kunnen glorieus lekker zijn (theoretisch…), na de Bevrijding wilde geen mens ze nog in de keuken hebben.
Op dit moment troosten velen zichzelf met lekker eten. Ik ook. Ik spendeer geld aan kaas, luxe groenten en vis. En Dry January vond plaats in een grijs verleden, ergens ten tijde van de Tachtigjarige Oorlog; kom nu maar door met die wijn. Bij de bakker zie ik het gebak wegvliegen alsof calorieën nog uitgevonden moeten worden en de flexitariërs grijpen weer naar de biefstuk. Maar kom op, wij veren vast terug in de vegastand: zelfgemaakte falafel is zo verdraaide heerlijk.
Falafel met twee sauzen
Hoofdgerecht voor 2 personen
150 g gedroogde kikkererwten
3 tenen knoflook, gehakt
1 uitje, grof gesnipperd
1 eetlepel komijnpoeder
1 eetlepel korianderpoeder
3 dikke eetlepels tahin
2 eetlepels citroensap
½ liter neutrale olie
1 blik gepelde tomaten
Chilivlokken
Week de kikkererwten een nacht in ruim water (met kikkererwten uit blik werkt dit recept niet). Doe ze uitgelekt in de keukenmachine, samen met 2 tenen knoflook, de ui, de komijn en koriander, plus ½ theelepel zout. Draai tot een grove puree. Gebruik niet de staafmixer, dan wordt het te glad. Laat minstens een halfuur staan.
Verhit de olie tot 160 graden. Vorm platte balletjes van de kikkererwten. Ze vallen makkelijk uit elkaar, maar na frituren niet meer. Probeer ze ongeschonden in de hete olie te krijgen en frituur ze in porties goudbruin in circa 5 minuten.
Taratorsaus: pers 1 teen knoflook uit. Doe de helft bij de tahin. Voeg het citroensap toe en gaandeweg zoveel water dat je al roerende een liquide saus krijgt. Breng op smaak met zout.
Tomatencoulis: doe de tomaten in de keukenmachine met de resterende knoflook. Draai kort tot een grove pulp. Met de staafmixer kan ook, maar héél kort. Breng op smaak met zout en iets pittigs.
Serveer met brood en sla.