Voorgerechten

Recept zuurkool met vis

 

Kliekjesdag, een paar jaar geleden raakte het ontzettend in. Alle verplichtingen zijn afgewerkt op de kerstdagen zelf, ‘wat doen we met moeder’ kan weer een jaar lang vergeten worden. Dus is er gelegenheid om alle overgebleven eten weg te werken in zelfgekozen gezelschap, zonder pretenties, zonder poeha. Wie de puf heeft, wordt nog een keer dronken, of misschien is dit de eerste gelegenheid, aangezien er niemand meer na het eten naar huis gebracht hoeft te worden. Met kliekjes is heel veel te doen. Heb je veel vlees over, dan verwerk je het in een saus tot een gerecht zoals dat enkele dagen geleden in deze rubriek stond. Maar kleine beetjes van dingen zijn ook interessant. Een bord heel duur eten in een heel duur restaurant bestaat eigenlijk altijd uit kleine rotbeetjes. Mooi neergelegd, de saus gedruppeld of in een streepje. Geen saus meer? Dan neem je gewoon wat olijfolie. Maar ja, er valt op deze plaats geen meer gedetailleerde suggestie te geven voor het verdere verloop. Iedereen heeft wat anders in huis. Of misschien hebt u niks meer. Is alles schoon opgegaan, dan hebt u behoefte aan een recept. Daarom eentje waarmee ik erg veel succes had, deze kerst. En het haakt ook nog eens in op de onlangs in de Volkskeuken geplaatste kritiek op een boek van mij, waar me verweten wordt de bereiding van zuurkool te summier te beschrijven. Kortom, we maken zuurkool met vis.

 

Zuurkool met vis

Voor 4 personen:

500 gram zuurkool

4 eetlepels boter

2 glazen witte wijn

1 ui, gesnipperd

2 dl slagroom

4 x 100 gram snoekbaarsfilet (of een andere vis)

 

Doe de zuurkool in een vergiet, spoel hem af onder de koude kraan. Hoe grondig, hangt van je eigen smaak af; proef gewoon even. Te zuur past niet bij de vis, maar zuurloos is laf. Smelt een eetlepel boter in een pan, doe er de zuurkool en een glas wijn bij. Smoor op een zacht vuur anderhalf uur. Roer af en toe om en pas op voor aanbranden.

Maak de saus: bak de ui in een eetlepel boter glazig, op een zacht vuur en met het deksel op de pan. Giet er dan een glas wijn bij en laat het zonder deksel zachtjes verdampen. Als het vocht vrijwel verdwenen is, voeg je de room toe. Laat 5 minuten zachtjes warmen. Pureer dan de saus met de staafmixer en wrijf hem door een zeef in een andere pan. Breng op smaak met zout, draai het vuur uit en bewaar.

Bestrooi de mootjes vis met zout. Smelt twee eetlepels boter in een koekenpan en smoor er de vis in op laag vuur, onder een deksel. Afhankelijk van de dikte van de mootjes moet drie tot vier minuten voldoende zijn. Draai heel voorzichtig om, warm nog één minuut. Warm de saus snel weer op.

Zoals gezegd, kleine beetjes zijn chique. Leg dus een eetlepel zuurkool op elk bord met een mootje vis er tegenaan, en druppel er twee eetlepels saus omheen. Eet de rest van de zuurkool morgen.

 

Deze Volkskeuken werd eerder gepubliceerd, op 26 december 2003.

 

Op 17 maart 2025 start een nieuwe cursus culinair/wijnschrijven. Intensieve, persoonlijke begeleiding op je eigen niveau en helemaal op maat, gericht op jouw doelen. Klik hier voor informatie.

 

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.